Op de Yogaweg


Het Begin van het Eind

Op de Yogaweg bevat een compilatie van hoofdstukken uit de twaalfdelige serie die Osho aan de Yoga geschriften van Patanjali gewijd heeft. We zien hierin, dat Osho voor ons de wetenschap van Patanjali Op de Yogawegontvouwt om ons pad te vinden. Want, zoals Osho dat zo vaak uiteen gezet heeft, we zijn geen eenheid, we zijn een menigte. En, hoe kan een menigte zijn pad vinden? Een veelheid wil alle kanten op.
Hebben we ons pad gevonden, dan kunnen we ons ontspannen, dan kunnen we relaxt onze weg vervolgen. En we zullen ontdekken: het pad is er niet om een of ander doel te bereiken, het pad is tegelijkertijd het doel.
Maar om het pad te vinden, is veel voorwerk nodig. En daarbij helpt de Yogavisie van Patanjali ons.

Het boek Op de Yogaweg is niet gemakkelijk verkrijgbaar meer, mogelijk wel tweedehands via de Boekhandel.

Review van Op de Yogaweg

In Op de Yogaweg kunnen we lezen:  om ons pad te vinden helpt de Yogavisie van Patanjali ons.
In elk van de vijf hoofdstukken in Op de Yogaweg wordt een aspect van Patanjali’s inzichten behandeld. En in het 6e hoofdstuk gaat Osho op vragen van toehoorders in.
Ik wil het hier over het derde hoofdstuk uit Op de Yogaweg hebben dat handelt over de vijf vormen die de mind aanneemt.
Ieder van ons kent het struikelblok dat de mind voor ons is . En velen hebben ervaren hoeveel geworstel met inspanning en je juist niet inspannen het geeft om enigszins vrij van de overheersing van de mind te worden.

De uiteenzetting in dit hoofdstuk ondersteunt je bij dit vrij worden, bij deze individuele vrijheidsstrijd.
Op zich is de mind voor ons vriend noch vijand. Bij alle technieken, alle methodes, alle paden van yoga gaat het in wezen om een probleem: hoe moet je gebruik maken van de mind.
De mind is in feite niets anders dan een werktuig net als je handen en voeten. Je geeft bevelen aan je voeten, je benen en ze komen in beweging. En ze houden ermee op als je ‘stop’zegt: jij bent de baas.
Het zou een chaos worden in ons lichaam als onze ledematen zich uit zichzelf zouden gaan bewegen.
Dit is wat er met de mind heeft plaats gevonden. Je wilt niet denken en ondertussen gaat de mind gewoon door. De mind is alleen maar een werktuig, maar jij hebt er teveel macht aan gegeven.
Hoe kun jij weer de baas worden? Hoe kun je de mind terug op zijn plaats zetten?
Hiervoor moeten we het hele mechanisme begrijpen.De mind kan vijf vormen aannemen die tot ellende of tot afwezigheid van ellende (niet-ellende) kunnen leiden. Dat laatste is belangrijk om vast te stellen: de mind kan je hooguit tot afwezigheid van ellende brengen, maar niet tot geluk.

Geluk is jouw wezen; daar kan je mind je niet heen brengen. Het geluk is er al, het is niet iets wat je volbrengen of verdienen moet, je bent ermee geboren.
Het innerlijke geluk begint te stromen als je eenmaal in de staat van niet-ellende verkeert.
De mind draagt daar niets aan bij. Hij wordt alleen een belemmering als hij in ellende verkeert. En de mind wordt een opening als hij in niet-ellende verkeert.
Patanjali zegt in Op de Yogaweg, dat de mind twee dingen kan doen. Hij kan een raam zijn dat open is en zonnestralen van geluk kan doorlaten of een raam dat gesloten is en dan kan hij dat niet doen.
De vijf vormen van de mind zijn: juiste kennis, verkeerde kennis, verbeelding, slaap en herinnering. De eerste vorm is prama, een sanskriet woord dat veel meer inhoudt dan het begrip ‘juiste kennis’waarmee het vertaald Op de Yogawegwordt.
De mind bezit een bepaald vermogen en als dat juist gebruikt wordt, is alles wat gekend wordt waar. We zijn ons er niet van bewust omdat we er nooit gebruik van gemaakt hebben. In een donkere kamer waarin je eerst tegen alles aanstootte, richt je je zaklamp en dan kun je kijken en je weet hoe het zit. Die speciale plek waarop je met je zaklamp schijnt wordt vanzelf duidelijk zichtbaar.
Zo bezit de mind ook het vermogen tot verkeerde kennis, viparyaya. Dat vermogen heeft ook ieder mens. De mind heeft een centrum dat alles kan verdraaien en dat gebeurt bijvoorbeeld als je alcohol drinkt. Alcohol werkt op dat centrum en alles wordt verdraaid.

Alcohol kan zelf zo’n effect niet hebben, maar zij begint in te werken op het centrum dat Patanjali viparyaya noemt.
Moella Nasroeddin was een ervaren drinker en hij had met een vriend die onervaren was behoorlijk zitten hijsen. De vriend zei: “Hoe moet dat nou? Ik zie niets meer, ik hoor niets meer. Hoe moet ik thuis komen?Vertel jij me dat eens, Nasroeddin!”
Nasroeddin zei: “Vooruit, loop maar. Na een aantal stappen kom je op een punt waar je twee kanten op kunt, naar rechts of naar links. Je gaat naar links, want die kant naar rechts bestaat niet. Zelf ben ik vaak die kant naar rechts op gegaan, maar nu ben ik een man van ervaring. Ik ben vaak die kant naar rechts op gegaan en dan kom je er nooit, je komt nooit thuis.”
Alcohol doet precies het omgekeerde van wat meditatie doet. Meditatie brengt je steeds meer verstilling, je raakt steeds meer in balans. Het centrum van juiste kennis begint dan te functioneren. Door dat centrum is alles wat je te weten komt waar.
Als zoekers zitten wij, volgens Osho, tussen deze twee vormen in. Af en toe vangen we een glimp op van juiste kennis, maar we zijn ook regelmatig als alcoholisten en nemen waar vanuit het centrum van de verdraaiing. Meditatie is de sleutel tot het centrum van juiste kennis.

De derde vorm van de mind is verbeelding. En dit vermogen tot verbeelding is prachtig.Het heeft alles wat mooi is tot stand gebracht, zoals schilderijen, dans en muziek.

Echter ook hele lelijke dingen zijn er uit verbeelding voort gekomen, zoals het waanidee van Hitler om een supermens te scheppen. Patanjali zegt in Op de Yogaweg, dat je op een goede en een slechte manier gebruik kunt maken van deze derde vorm van de mind. Je kunt jezelf ermee vernietigen. En je kunt ook meditaties met verbeelding doen; ze beginnen met fantasie, maar deze wordt gaandeweg steeds subtieler. En uiteindelijk laat je de verbeelding vallen en sta je oog in oog met de waarheid.

Verbeelding kan een enorme kracht zijn; zij kan iemand die zich ziek voelt genezen.
Ze kan zowel lafaards als dappere mensen voortbrengen.

Moella Nasroeddin was een tamelijk laffe man. Alcohol gaf hem echter moed. Toen kwam er een woeste man de kroeg binnen, met de uitstraling van een moordenaar.
Op elk ander moment zou Moella gesidderd hebben van angst, maar nu niet, omdat hij dronken was.
De woesteling kwam vlak bij Moella staan en toen hij zag, dat deze helemaal niet onder de indruk was, stampte hij boven op zijn voet. Moella werd ontzettend kwaad en zei: “Waar ben je mee bezig, is dit een soort grap of doe je het met opzet?”
“Met opzet.” zei de woesteling.
“Moella was door de pijn in zijn voet weer bij zinnen gekomen en hij voegde daarom snel toe: “Dank je wel, dan, want ik houd niet van zulke grappen. Met opzet is het okay.”
Verbeelding is op zich niet slecht; alleen je dient je er van bewust te zijn dat het fantasie is. Weet dat alleen het getuige bewustzijn echt is en verder niets.
Slaap is de vierde vorm van de mind. Bij de slaap functioneert de mind niet, zij is helemaal geabsorbeerd, helemaal ontspannen. En dat is prachtig, zo schenkt zij leven. Slaap verschilt in feite niet veel van samadhi, alleen in slaap ben je onbewust en in samadhi ben je bewust.
Slaap kan je een natuurlijke rust geven, maar mensen blijven vaak dromen en dan bereik je niet de stilte van de slaap, de gelukzalige muziek van de slaap.
En slaap kan daarnaast iets spiritueels worden en dat gebeurt als je oplettend kunt zijn tijdens de slaap. Het hele lichaam is in slaap, de mind valt in slaap, maar het getuige zijn blijft. Dan komt de ultieme extase.

De vijfde en laatste vorm van de mind is het geheugen. Ook daar kun je gebruik en misbruik van maken.
Met je geheugen verdraai je meestal wat er echt gebeurd is. Iedereen zegt, dat hij als kind in het paradijs leefde, maar kijk eens goed naar de kinderen van nu. Ze willen allemaal zo snel mogelijk volwassen worden, want dan heb je het voor het zeggen en dan kun je pas plezier beleven. Nu ben je hulpeloos. Toch zullen deze kinderen ook later weer zeggen, dat hun jeugd het paradijs was.
Daar tegenover staat wat Boeddha “juiste herinnering” noemt en dat betekent, dat je volkomen eerlijk ten opzichte van jezelf bent. Iemand zal zijn leven als hij zich dat op de juiste manier herinnert niet over willen doen. En toch probeert iedereen zijn leven op een of andere manier te herhalen.

Je bent schijnheilig bezig; je doet alsof je van de mensen hebt gehouden die je in werkelijkheid haatte. Je moet goudeerlijk zijn, je moet inzien wat je echt van de mensen vond, wat je voor ze voelde en dan is er volgens Patanjali vrijheid.
Je laat het vallen; het is allemaal onzin en je wilt het niet opnieuw op de toekomst projecteren. Dan word je authentiek, je wordt als een rots.
Niets kan je veranderen, niets kan je verwarren. Je wordt als een zwaard, je kunt alles weg snijden wat verkeerd is.
Dan is er de helderheid van geest die je naar meditatie leidt.
Door deze vijf vormen van de mind te kennen en je ervan bewust te zijn, ruim je obstakels voor meditatie uit de weg.
Doe je voordeel dus met dit heldere boek Op de Yogaweg.